Mag ik een Tietz, aub?
Duitse handelaars hebben een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van Antwerpen in de 19de en begin 20ste eeuw. Een van de namen die bij oudere Antwerpenaars nog steeds een belletje doet rinkelen is Leonard Tietz. Waar zich nu “A l’Innovation” bevindt, ter hoogte van het standbeeld van Antoon Van Dyck aan de Meir, opende Leonard Tietz begin vorige eeuw zijn Grands Magasins.
Zoals de naam al laat vermoeden inspireerde hij zijn winkel op de grote Parijse supermarkten van het eind van de 19de eeuw. Een van de producten waar hij naam mee maakte was trouwens een strohoed, zoals die indertijd gedragen werd o.m. door Maurice Chevalier. Die hoeden werden in Antwerpen lang een ‘Tietz’ genoemd.
De rijk versierde gevels, die het publiek alvast moeten voorbereiden op de luxe die hen binnen wacht, zijn een ontwerp van Joseph Hertoghs, zowat de huisarchitect van de Duitse kolonie.
Na WO I kwamen Tietz en andere Duitse handelaars onder vuur te liggen in het anti-Duitse klimaat van die tijd en de winkels werden aangeslagen. Winkels, want Tietz had ondertussen o.m. ook al in Brussel een zaak geopend aan de Nieuwstraat. Beide zaken werden openbaar verkocht en aangekocht door de familie Bernheim, afkomstig uit de Elzas, die ondertussen de keten “A l’Innovation” had opgestart.
Sinds kort is de gevel gerestaureerd naar zijn oorspronkelijke toestand en zijn enkele minder geslaagde verbouwingen uit de jaren ’60 en ’70 verdwenen. Een project dat ruim 4 miljoen euro gekost heeft, maar de moeite overwaard blijkt.